In deze snel veranderende wereld is vermogensopbouw cruciaal voor financiële zekerheid. Dit artikel biedt Vlaamse ondernemers inzicht in investeringsopties, met een focus op aandelen, obligaties, vastgoed en goud. Alternatieve investeringen zoals private equity, en verzamelobjecten zoals wijn, kunst en crypto blijven buiten beschouwing.
Elke activaklasse, zoals aandelen, obligaties, vastgoed en goud, heeft haar eigen kenmerken en risico-rendementsprofiel, essentieel voor een gediversifieerde portefeuille. Aandelen bieden een hoge groeipotentie maar met meer risico, obligaties zijn veiliger maar minder winstgevend, vastgoed combineert huur-inkomsten met waardestijgingen, en goud dient als 'veilige haven' in onzekere tijden. Terwijl aandelen en obligaties wereldwijd toegankelijk zijn, focussen we hier op binnenlandsvastgoed.
We beperken onze analyse (ietwat arbitrair) op de laatste 20 jaar: 31/12/2003 (of 30/06 voor vastgoed) tot 31/12/2023.
Deze periode was erg speciaal met interesten die naar quasi nul gingen. Iets wat zich nog nooit had voorgedaan. Ondertussen zijn de interesten terug op niveaus vergelijkbaar met de jaren ’90. En momenteel zelfs op het hoogste niveau sinds de introductie van de euro. De dollar is ondertussen versterkt van 0,79 EUR per USD op 31/12/2003 tot 0,90 EUR per USD eind 2023.
De MSCI World Index biedt een deelname in de wereldwijde aandelenmarkten aan via een representatieve selectie van 1400 bedrijven uit 23 ontwikkelde landen. Deze index is ideaal voor beleggers die blootstelling willen aan een wereldwijde portefeuille, omdat hij een diversificatie biedt over verschillende geografische regio's en sectoren.
De S&P 500, een van de meest gevolgde Amerikaanse aandelenindices, omvat de 500 grootste bedrijven in de Verenigde Staten. Hij wordt gezien als een barometer van de gezondheid van de Amerikaanse economie.
De MSCI Europe Index richt zich op de ontwikkelde Europese markten en biedt een uitgebreide dekking van 425 grote en middelgrote bedrijven in 15 Europese landen.
We houden bij alle indexenrekening met de herinvestering van de ontvangen dividenden.
De S&P500 was de voorbije 20 jaar de best presterende index met een gemiddeld jaarrendement in euro van 10,4%. Een investering van €100 is uitgegroeid tot €725. De MSCI World deed het ook goed, met een rendement van 8,5%. €100 groeide zo uit tot €511. De Europese beurzen, met in 2008 een hoog gewicht aan banken en automobiel-producenten, deden het iets minder met een stijging van 6,4% tot €346.
Bij het vergelijken van deze drie indices is het belangrijk om hun geografische en sectorale focus in overweging te nemen. De MSCI World Index biedt een brede, wereldwijde dekking, terwijl de S&P 500 zich concentreert op de Amerikaanse markt en de MSCI Europe zich specifiek richt op Europese bedrijven.
Obligaties vormen een (meestal) veilige claim op interesten van overheden of bedrijven. Voor de vergelijking van de rendementen kijken we naar de Aggregate Bond Index van Bloomberg voor EUR en USD. Deze bevat kwaliteitsvolle bedrijfs- en overheidskredieten uit de verschillende muntzones. De rendementen zijn min of meer vergelijkbaar, met een jaarlijks rendement van 3,6% in de VS, en 2,8% in de Eurozone. €100 geïnvesteerd in Europa gaf €173 na 20 jaar, terwijl $100 over diezelfde periode resulteerde in $186.
De voornaamste negatieve periode was bij het verhogen van de interesten in 2022 en 2023.
Goud heeft de voorbije 20 jaar een behoorlijke goede prestatie neergezet: €100 geïnvesteerd in goud zou nu €563 waard zijn, iets hoger dan een korf wereldaandelen. Wat opvalt is dat goud vaak tegengesteld aan aandelen presteert en dus stijgt bij momenten van crisis.
Deze goede prestatie van goud is echter eerder uitzonderlijk. €100 geïnvesteerd in wereldaandelen in 1980 zou vandaag €6.000 waard zijn, terwijl goud maar €420 waard zou zijn. Tussen 1980 en 2003 heeft goud dus een negatief rendement neergezet(!)
Vastgoed vormt een essentieel onderdeel van het familievermogen bij Belgische gezinnen en trekt veel investeerders aan. Tussen 06/2003 en 06/2023 stegen de huisprijzen gemiddeld met 4,27% per jaar, onder het historisch gemiddelde van 5,5% sinds 1970. Deze groei varieerde echter sterk, met lagere stijgingen na de bankencrisis van 2008-2009 en tijdens de eurocrisis (2012-2016), en hogere stijgingen voor de bankencrisis en tijdens de covidpandemie. Dit wil zeggen dat de mediaanwaarde voor een woning van 2002 van €103.000 gestegen is naar €255.000.
Belangrijk is dat deze cijfers geen huurinkomsten en kosten zoals onderhoud en contractvernieuwingen meerekenen. Bovendien verschillen vastgoedmarkten regionaal sterk, wat betekent dat nationale gemiddelden niet altijd lokale trends reflecteren. Ook zijn de prijsveranderingen anders voor grote huizen, gesloten woningen en appartementen. Deze vastgoedcijfers zijn dan ook met een grote korrel zout te nemen.
Ter vergelijking gaan we kijken naar de lange termijnrendementen van de voorbije 20 jaar, het maximale verlies, de beste 5-jaarsperiode en de volatiliteit. Volatiliteit is de mate waarin de prijs van een financieel instrument over een bepaalde periode fluctueert.
Hierbij valt op dat niet elke activaklasse hetzelfde risico en rendement met zich meebrengt. Vastgoed en obligaties ondervinden minder prijsschommelingen maar brengen ook minder op. Bij vastgoed in België valt op dat dalingen zich zelden voordoen, in tegenstelling tot andere Europese markten zoals Nederland en Zweden.
De S&P 500 en MSCI Europe vertonen de hoogste volatiliteit van rond de 15,1% en 15,7%, wat duidt op grotere prijs-schommelingen en dus hoger risico. Dit is consistent met de aard van aandelenmarkten, die gevoeliger zijn voor marktfluctuaties. Vastgoed en obligaties tonen aanzienlijk lagere volatiliteit, met name vastgoed slechts 2,1%, wat hen aantrekkelijker maakt voor risicoaverse beleggers. Let erop dat de vastgoedcategorie geen rekening houdt met huurinkomsten, onderhoud of belastingen, dewelke substantieel complexer kunnen zijn dan bij aandelen of obligaties.
Door de sterke daling van de bankaandelen in 2008 werd Europa erg getroffen. Het grootste tussentijdse beursverlies was dan ook voor Europa met een daling van meer dan 50% voor de Europese aandelenindex. Het dieptepunt werd bereikt in het eerste kwartaal van 2009. Dit geeft ook aan dat de aandelenbelegger over een stevigere maag dient te beschikken. Alle beste 5-jaarsperioden voor aandelen en goud eindigen in maart 2014, wat aangeeft dat aankopen in crisistijd bijzonder gunstig kan zijn.
Aandelen en goud gaven een hoger rendement maar ook meer fluctuaties in hun prijs. Opvallend is de goede prestatie van goud in de voorbije 20 jaar, wat eerder uitzondering dan regel is op de lange termijn. Amerikaanse aandelen deden het, dankzij een grote technologiecomponent, beter dan de wereldindexen. Door de zeer grote spreiding van de wereldindex geeft deze wel een iets kleinere volatiliteit.
Voor de belegger is het duidelijk dat het toevoegen van een goed gespreide aandelenportefeuille, ondanks de pieken en dalen, een meer dan behoorlijk rendement met zich meebrengt en een goede aanvulling is op de algemene portefeuille. Uiteraard kan u hiervoor bij Value Square terecht.